Beter benutten van betaalbare woningen

Om nieuwe of bestaande betaalbare woningen beter te benutten voor de doelgroepen die daarop zijn aangewezen, kan aan verschillende knoppen worden gedraaid. De Huisvestingsverordening is hierbij een belangrijk instrument. De gemeente Katwijk heeft het Beleidskader gebruik woonruimte waarin heldere keuzes worden gemaakt en gecommuniceerd over de inzet van instrumenten binnen de Huisvestingsverordening. 

Verhuren sociale huurwoningen aan lage inkomens

Via de Huisvestingsverordening kan de gemeente regels stellen. In het licht van betaalbaarheid zullen de regels dan in elk geval betrekking hebben op de huurprijs in relatie tot het inkomen (passend toewijzen). Daarnaast kunnen regels gesteld worden over andere passendheids- of voorrangscriteria (bijv. huishouden-/woninggrootte) en over de volgorde van verschillende groepen (bijv. groepen die als urgent worden bestempeld, de positie van starters t.o.v. doorstromers).

Doorgaans houden de corporaties via internet een gezamenlijke lijst met woningzoekenden bij en richten een gezamenlijk woonruimteverdeelsysteem in. Binnen het woonruimteverdeelsysteem van de woningcorporaties kan de positie van diegenen die het meest een woning nodig hebben verbeterd worden. Bijv. door een deel van de woningen voor actieve zoekers te reserveren of deze groep voorrang te geven. Denk aan starters of andere spoedzoekers. Dit is sinds 2023 toegepast bij Woningnet Stadsregio Amsterdam. Soms wordt de doorstroming bevorderd door doorstromers bij verhuizing een deel van hun woonduur te laten behouden.

Voorbeelden/meer informatie:

Toewijzing van corporatiewoningen op basis van een (regionaal afgestemde) huisvestingsverordening en via woonruimteverdeelsystemen gebeurt overal in de Zuid-Holland. Uitzondering is de gemeente Goeree-Overflakkee en enkele gemeenten in de omgeving van Dordrecht.

In Holland-Rijnland wordt doorstroming binnen de sociale huur bevorderd door doorstromers bij verhuizing een deel van hun woonduur te laten behouden. 

Ook de toewijzing van particuliere sociale huursector kan geregeld worden in de huisvestingsverordening door deze vergunningplichtig te maken. Zodat ook deze woningen vaker terecht komen bij de lagere inkomens. Gemeenten die dat doen, hanteren vaak wel soepeler voorwaarden dan voor corporatiewoningen (bijv. een wat hogere inkomensgrens, alleen inkomensvoorwaarden). 

Kanttekening: dit vergt handhaving. Daarom is dit alleen zinvol als de voorraad particuliere sociale huurwoningen enige omvang heeft.

Doorgaans worden er in de huisvestingsverordening bij de verhuur van particuliere sociale huurwoningen geen eisen gesteld aan de methode van publicatie en aan het hanteren van een wachtlijst. Maar sommige gemeenten regelen dat wel (zie hieronder). 

Voorbeelden/meer informatie:

Gemeente Den Haag: de huisvestingsverordening heeft zowel betrekking op corporatiewoningen als op particuliere huurwoningen. 

De gemeente Haarlem noemt nadrukkelijk ook nieuwbouw van sociale huurwoningen op basis van het bestemmingsplan als een categorie in haar huisvestingsverordening en legt zo een koppeling met haar doelgroepenverordening. De gemeente kan de toewijzing van woningen alleen regelen via de huisvestingsverordening. De huisvestingsverordening van Haarlem stelt voor de toewijzing van deze nieuwe particuliere sociale huurwoningen niet alleen eisen aan het inkomen, maar ook aan de wijze van publicatie, namelijk via het woonruimteverdeelsysteem van de corporaties. Op die manier wordt recht gedaan aan de wachtlijst van ingeschreven woningzoekenden, ook als de sociale huurwoningen gerealiseerd op basis van het bestemmingsplan door een marktpartij worden geëxploiteerd.

De Regio Holland/Rijnland heeft in de regionale huisvestingsverordening (art. 2) geregeld dat deze ook van toepassing is  op nieuwe particuliere sociale huurwoningen (oplevering na 1 januari 2024). De particuliere verhuurders van deze sociale huurwoningen dienen ook een deel te nemen aan aan het woonruimteverdeelsysteem. Regels voor het reageren en aanbieden zijn hetzelfde als voor de woningen van corporaties. Zo kunnen huurders ook een deel van de woonduur c.q. inschrijfduur meenemen. 

In principe moeten corporaties vanaf 1 januari 2022 92,5% van hun DAEB-woningen toewijzen aan de doelgroep. Dat zijn sinds 1 januari 2022 eenpersoonshuishoudens met een inkomen tot en met 40.765 euro (prijspeil 2022) en meerpersoonshuishoudens met een inkomen tot en met 45.014 euro (prijspeil 2022).
Corporaties mogen 7,5% vrij toewijzen. Dit percentage van 7,5% mag echter worden verhoogd naar maximaal 15%, indien gemeente, corporatie en huurdersorganisatie hier afspraken over maken en dit vastleggen in de prestatieafspraken. In dat geval moet er dus minimaal 85% van de woningen naar de doelgroep. Dit wordt getoetst op het niveau van de corporatie. 

Indien de ruimte voor toewijzing aan andere inkomensgroepen (maximaal) benut wordt, gaat dit ten koste van de doelgroep. Het is dus een afweging of het wenselijk is deze ruimte in te zetten voor de doelgroep of voor andere inkomensgroepen (bijvoorbeeld in het kader van gemengde buurten).

Voorbeelden/meer informatie:

Platform31 onderzocht de mogelijkheden en het gebruik van de vrije toewijzingsruimte. Ook stelde de organisatie een inspiratieboek woningtoewijzing op. Deze stukken dateren van vóór 2022. Toen was de regel 80/10/10 (minimaal 80% toewijzing aan de doelgroep, maximaal 10% aan lage middeninkomens en maximaal 10% vrije toewijzing).

Verhuren middeldure huurwoningen aan middeninkomens

Ook de toewijzing van middeldure huurwoningen kan via de Huisvestingsverordening worden geregeld. Dit betekent ook dat er geen ‘afspraken’ meer mogen worden gemaakt tussen gemeente en verhuurders over de toewijzing. De vergunningplicht kan evt. worden beperkt tot een deel van de middeldure huurwoningen (nieuwbouw, delen van de gemeente). Dit is beter te handhaven. 

Kanttekening: dit vergt handhaving.

Voorbeelden/meer informatie:

In de Huisvestingsverordening Den Haag 2019 wordt middeldure woonruimte onder de reikwijdte van de huisvestingsvergunningsplicht gebracht. 

De gemeente Utrecht heeft eveneens regels vastgesteld voor toewijzing van nieuwe middeldure huurwoningen. Hier gaat het niet alleen om een inkomensgrens, maar ook om voorrang voor huishoudens die een sociale huurwoning achterlaten.

In Holland/Rijnland is de regionale huisvestingsverordening opgenomen dat op voordracht van een gemeentebestuur de verordening ook van toepassing is op middeldure huurwoningen in die gemeente. Ook kan het college een voordracht doen dat verhuurders die in het bezit zijn van tien of meer middeldure huurwoningen deelnemen aan het woonruimteverdeelsysteem. 

Als een gemeente (nieuwe) middeldure huurwoningen vergunningplichtig heeft gemaakt, kunnen daar inkomenseisen en voorrangsregels aan worden gekoppeld (zie de voorbeelden bij het instrument hierboven).
Als er geen vergunningplicht is op basis van een huisvestingsverordening, kunnen corporaties wel uit eigener beweging hun middeldure huurwoningen bij voorrang verhuren aan (lage) middeninkomens (hanteren inkomensgrens) en/of aan doorstromers die een sociale huurwoning achterlaten. Dit kunnen zij toepassen niet alleen bij nieuwbouw, maar ook bij bestaande woningen.

Gemeenten kunnen ook met marktpartijen in gesprek gaan om hen te bewegen middeninkomens en doorstromers voorrang te geven in nieuwbouw in het middeldure huursegment. Er zijn buiten de huisvestingsverordening om geen mogelijkheden om dit bindend vast te leggen.

Voorbeelden/meer informatie:

Voorrangsregelingen doorstromen bij Eigen Haard.

Eigen Haard kijkt zowel naar het inkomen als naar doorstroming vanuit de sociale huur.

In de huisvestingsverordening Den Haag is opgenomen dat nieuwgebouwde woonruimten bij de eerste aanbieding bij voorrang kunnen worden toegewezen aan woningzoekenden die in specifieke delen van de regio een sociale huurwoning achterlaten (art. 15).

Toewijzen van betaalbare koopwoningen

Per 1 januari 2024 is het mogelijk geworden dat gemeenten op basis van de Huisvestingswet het betrekken van nieuwe koopwoningen tot €390.000 (prijsgrens 2024) vergunningplichtig maken. Toewijzing is dus alleen mogelijk bij nieuwbouw. Zie hieronder.  

Over de toewijzing van andere (nieuwbouw) koopwoningen kan de gemeente alleen afspraken maken met verkopende partijen over voorrang voor bepaalde doelgroepen. 

Met corporaties kunnen ook afspraken worden gemaakt over de verkoop van sociale huurwoningen in de bestaande voorraad. 

Voorbeelden/meer informatie:

Koopvoorrang voor huurders bij Rondom Wonen. 

Koopvoorrang voor huurders bij Rochdale.

Woonbron bouwde in een nieuwe wijk in Dordrecht ook een aantal koopwoningen waarbij sociale huurders voorrang kregen.

Vanaf 2024 is het op basis van de Huisvestingswet mogelijk om nieuwbouwwoningen onder de betaalbaarheidsgrens (€390.000 in 2024) toe te wijzen. Dat moet de gemeente dan wel op basis van schaarste opnemen in  haar huisvestingsverordening. In de huisvestingsverordening kan de gemeente aangeven welke inkomensgroep in aanmerking komt en of kopers met binding aan de gemeente en/of een vitaal beroep voorrang krijgen.

Een voorbeeld van een gemeente die de toewijzing van nieuwe betaalbare koopwoningen heeft opgenomen in de huisvestingsverordening is Utrecht. Er gelden inkomensgrenzen. De regio Rotterdam werkt aan het opnemen van de optie toewijzing betaalbare nieuwbouw koopwoning in de regionale verordening.

Bevorderen doorstroming zodat betaalbare woningen vrijkomen

Hieronder zijn meerdere instrumenten die bijdragen aan gewenste doorstroming. Hier worden alvast enkele voorbeelden genoemd van instrumentenkoffers specifiek op doorstroming: De gereedschapskist doorstroming Aedes en de Toolkit doorstroming Platform31.

Als er woningen worden gebouwd die in een behoefte voorzien, kan dat leiden tot doorstroming waardoor betaalbare huur- of koopwoningen vrijkomen. Daarbij kan het gaan om de bouw van duurdere koopwoningen. Woonconcept Wonen met een Plus Het kan ook gaan om aantrekkelijke woningen/woonvormen voor senioren, waardoor betaalbare (grote) eengezinswoningen vrijkomen voor jonge gezinnen.

Voorbeelden/meer informatie:

Wat moet je doen zoveel mogelijk doorstroming te bereiken? Dit artikel licht een tipje van de sluier op. 

Sommige gemeenten proberen met gerichte bouwprojecten doorstroming te bevorderen. Zie ook het Platform31-programma Woonvarianten voor senioren.

Bij toewijzing van nieuwbouw geeft QuaWonen voorrang aan woningzoekenden die een sociale huurwoning achterlaten. 

In Gouda is in 2021 een Knarrenhof voor ouderen gebouwd.

In Leiden wordt gewerkt aan een voorbeeldproject seniorenwoningen in een woongroep. Er is ruimte voor verschillende leeftijden en inkomensgroepen. 

Woonzorgchallenge op een pilotlocatie in Den Haag, aangereikt door Staedion.

Woonconcept Wonen met een Plus.

Senioren wonen vaak nog in grote of eengezinswoningen en zijn niet zo verhuisgeneigd. De inzet van een wooncoach (vanuit de corporatie of gemeentebreed) die senioren informeert over verhuismogelijkheden, helpt zoeken en eventuele zorgen uit handen neemt, kan bevorderen dat senioren de stap zetten naar een kleinere, geschikte woning. De ervaring leert dat een verhuiscoach stimulerend werkt, maar dat het aantal verhuizingen ook dan geen grote vlucht neemt. Een andere factor van belang is of er aantrekkelijk en gevarieerd aanbod beschikbaar is voor senioren.
Vaak is de inzet van een wooncoach onderdeel van een verhuisregeling, gecombineerd met andere stimulerende maatregelen zoals voorrang, huurkorting en/of een tegemoetkoming in de verhuiskosten.

Voorbeelden/meer informatie:

Ook in de regio Haaglanden zijn seniorenmakelaars actief. Senioren kunnen informatie vinden via Sociale Verhuurders Haaglanden en via Woonnet Haaglanden

Voor Utrecht en Nieuwegein is er een corporatie-overstijgende verhuisadviseur.

Ook in de Leidse regio werken wooncorporaties samen aan doorstroming en hebben een doorstroommakelaar aangesteld voor tenminste 2 jaar. Deze biedt informatie aan senioren die een grote woning achterlaten en kan verschillende doorstroominstrumenten inzetten, afhankelijk van de behoefte. Bewoners moeten zelf een woning zoeken via het woonruimteverdeelsysteem. 

Woningcorporatie Woonplus Schiedam werkt met een verhuisregeling en een doorstoommakelaar. Ouderen die een grote woning achterlaten, worden direct bemiddeld naar een passende woning, De corporatie kiest voor maatwerk, zoals worden toegelicht in dit interview. Verhuisketens worden in beeld gebracht.  


Corporaties zijn wellicht bereid huurgewenning of huurkorting toe te passen in sommige situaties. Bijvoorbeeld om senioren te verleiden van een eengezinswoning naar een appartement te verhuizen (oude huur = nieuwe huur). Of bij de overstap van een goedkope sociale huurwoning naar een middeldure huurwoning. Vaak kan de oude huur geharmoniseerd worden. Soms betalen corporaties of gemeenten een tegemoetkoming in de verhuiskosten. Vaak verschillen de financiële regelingen per gemeente en per corporatie. 

Voorbeelden/meer informatie:

Den Haag: in de Woonagenda 2020-2023 zijn doorstroom bevorderende voornemens opgenomen. Onder andere heeft de gemeente een doorstroompremie ingevoerd bij doorstroming uit grote sociale huurwoningen.

Verhuurders kunnen huishoudens met een wat hoger inkomen (> €52.753 voor 1-persoonshuishoudens en  €61.046 voor huishoudens van twee of meer personen, prijspeil 2024), die in een sociale huurwoning wonen, jaarlijks een hogere huurverhoging in rekening brengen dan huurders met een lager inkomen. Dit om hen te stimuleren te verhuizen naar een duurdere huur- of koopwoning. Tevens kunnen corporaties zo extra inkomsten genereren voor andere opgaven (nieuwbouw, verduurzaming, matiging huurprijzen voor andere huurders). Indien de woning vrijkomt, zal deze doorgaans weer in het sociale segment worden verhuurd. De meeste corporaties passen dit al toe. De spelregels worden jaarlijks vastgelegd in een circulaire.

Met de Wet doorstroming huurmarkt (2015) zijn er meer mogelijkheden ontstaan voor tijdelijke huurcontracten. Door het hanteren van tijdelijke huurcontracten (5 jaar) vindt er meer doorstroming plaats en komen de woningen steeds opnieuw beschikbaar voor de doelgroep. Het meest gangbaar zijn de campuscontracten voor studenten en de jongerencontracten. De huurder behoudt zijn inschrijving als woningzoekende.

In de praktijk bleken tijdelijke huurcontracten voor huurders vaak te weinig rechtsbescherming te bieden. Een initiatiefwetsvoorstel Wet vaste huurcontracten beoogt vaste huurcontracten weer de norm te maken. Het voorstel is door het parlement aangenomen. Tijdelijke huurcontracten zijn alleen nog bij uitzondering mogelijk. De belangrijkste groepen voor wie een uitzondering wordt gemaakt zijn studenten en urgent woningzoekenden. Alle uitzonderingen zijn opgenomen in een AMvB. De Wet en AMvB treden naar verwachting per 1 juli 2024 in werking. 

Flexwoningen vormen een uitzondering. Vanuit de gewijzigde Woningwet kunnen vanaf 1 januari 2022 huurovereenkomsten worden afgesloten voor de duur dat een tijdelijke- of flexwoning op een locatie staat. De huurovereenkomst kan door deze wijziging rechtsgeldig opgezegd worden als de omgevingsvergunning voor de woning eindigt. Dit biedt zowel huurders als verhuurders meer zekerheid. Zo kunnen huurders net zo lang in de flexwoning wonen als dat de woning op de betreffende locatie mag staan.

Voorbeelden/meer informatie:

Bij studentenwoningen is een campuscontract inmiddels gemeengoed.

Ook verhuren corporaties steeds meer woonruimte met een tijdelijk jongerencontract.

Jongerencontracten door Woonstad Rotterdam. Ook in Den Haag gaan corporaties jongerencontracten inzetten. 

Dudok wonen: In Between Places in Hilversum en Almere. Het gaat om spoedzoekers die voor korte termijn woonruimte nodig hebben (als gevolg van bijvoorbeeld executieverkoop woning, overlijden ouders, echtscheiding of door overmacht dreigend dakloos). Nul20 artikel over het concept In Between Places. 

Praktijkvoorbeeldenkaart Expertisecentrum Flexwonen (tijdelijke woonvormen gaan gepaard met tijdelijke contracten).

Tegengaan van oneigenlijk gebruik (woonfraude, toeristische verhuur etc.)

Juist in een markt die onder druk staat, zijn mensen creatief om de regels te ontduiken of misbruik te maken van de schaarste. Zo betrekken mensen met gebruik van valse formulieren sociale huurwoningen. En huurders die inmiddels elders wonen, verhuren hun sociale huurwoning onrechtmatig onder, al dan niet voor een hogere huurprijs. Ook kan sprake zijn van crimineel gebruik. Of van overtreding van de regels van vakantiehuur.

Door onrechtmatigheden te bestrijden, komen woningen weer beschikbaar voor mensen uit de doelgroep op de wachtlijst. Zowel gemeenten als corporaties zijn actief in het tegengaan van woonfraude.

In de Huisvestingswet zijn er meer handvatten gekomen voor gemeenten om toeristische verhuur binnen de perken te houden. Op deze website zijn de mogelijkheden toegelicht. Gemeenten kunnen o.a. een registratieplicht invoeren, een nachtencriterium en een vergunningplicht.

Voorbeelden/meer informatie:

De VNG heeft een handreiking opgesteld voor toeristische verhuur. 

Verschillende gemeenten pakken woonfraude aan: Den Haag, Leiden en Rotterdam. 

De gemeente Rotterdam heeft beleid voor vakantieverhuur.

In Amsterdam werken gemeente en corporaties samen in het tegengaan van woonfraude via het project Zoeklicht.

Woningdelen/kamergewijze verhuur

Door een woning te delen, kunnen meer alleenstaanden betaalbare woonruimte vinden. Woningdelen met twee volwassenen is vaak mogelijk. Meestal wordt hiervoor geen huisvestingsvergunning gevraagd of is het mogelijk op basis van het bestemmingsplan/omgevingsplan. Bij meer dan twee volwassenen stellen gemeenten vaak bepaalde voorwaarden aan de omzetting en maken dit vergunningplichtig in de Huisvestingsverordening (meestal vanaf 3 of 4 personen) om overlast te voorkomen voor bewoners en de omgeving. Voor beleggers is kamergewijze verhuur aantrekkelijk, omdat zij zo in een gespannen markt een veel hogere totale huuropbrengst kunnen realiseren. Bij kamergewijze verhuur door corporaties kunnen prestatieafspraken worden gemaakt over de doelgroepen en het huurniveau.

Kanttekeningen: in geval van omzetting zijn er dan minder grotere woningen beschikbaar voor (startende) gezinnen en het vergt handhaving (met name bij particuliere verhuurders). Zie ook het kopje ‘splitsen’ onder Toevoegen woningen in de bestaande woningvoorraad.

Voorbeelden/meer informatie:

Platform31 heeft een overzicht gemaakt van alle vormen van woningdelen, waaronder friendscontract en kamergewijze verhuur.

Platform31 biedt een handreiking voor corporaties voor het gebruik van friendscontracten. 

Staedion biedt friendscontracten in de sociale huursector aan in de Binckhorst. Meer informatie hierover staat hier

Friendswoningen in Rijnhart Wonen in de gemeente Leiderdorp. Het gaat hier om de huisvesting van kwetsbare jongeren.

Andere corporaties hanteren juist friendscontracten in middeldure huurwoningen, bijvoorbeeld Parteon

Wonen als friends is niet alleen voor starters. Staedion en Woonzorg bieden ook friendscontracten aan voor ouderen. Bij Woonzorg gaat het om specifieke friendswoningen in de Stadsveteraan in Amsterdam. Bij Staedion om reguliere appartementen in Den Haag. 

Vaak gaat het om bestaande woningen. In de gemeente Rotterdam zijn friendswoningen in de nieuwbouw gerealiseerd. 

De gemeente Rotterdam heeft de regels voor woningdelen/kamerverhuur versoepeld vanwege het kamertekort. Er is geen vergunning nodig als de verhuurder aan twee personen verhuurt. 

De gemeente Den Haag stelt regels aan kamergewijze verhuur. Woningdelen voor 2 personen is vergunningvrij. Vanaf drie personen zijn de mogelijkheden voor een vergunning afhankelijk van de wijk en het aantal al verleende vergunningen. 

De gemeente Vlaardingen heeft via het paraplubestemmingsplan geregeld dat in alle woningen 2 personen mogen wonen die geen huishouding vormen.

Inwoning/hospitaverhuur

Bij inwoning (ook wel bekend als hospitaverhuur) verhuurt een bewoner een deel van zijn of haar woning aan een ander huishouden. Die bewoner kan eigenaar van de woning zijn of huurder, dat maakt niet uit. Het is ook niet van belang of het een woning in de vrije sector is of een sociale huurwoning. Het inwonend huishouden woont in dit geval onzelfstandig. Er is sprake van een afhankelijke situatie ten opzichte van de hoofdhuurder of eigenaar-bewoner.

Recent is er weer meer aandacht voor hospitaverhuur, ook vanuit de rijksoverheid. Er is een digitaal portaal voor hospitaverhuur met informatie over een informatiecampagne, actieve (bemiddeling)organisaties en een link naar de geldende regels

Er zijn maatschappelijke initiatieven, zoals Onder de Pannen en Kamers met Aandacht, om via kamerverhuur specifieke doelgroepen aan tijdelijke woonruimte te helpen. 

Voorbeelden/meer informatie:

Platform31 heeft een overzicht gemaakt van alle vormen van woningdelen, waaronder inwoning en hospitaverhuur. Ook heeft Platform31 op basis van een panelgesprek met tussenorganisaties tips geformuleerd voor woningcorporaties. 

De gemeente Rotterdam heeft de regels voor hospitaverhuur versoepeld vanwege het kamertekort. Er is geen vergunning nodig als de eigenaar/verhuurder er zelf woont en één kamer verhuurt. 

De gemeente Den Haag staat hospitaverhuur bij alleenstaanden in het geval van één kamer altijd toe. In andere gevallen is er een omzettingsvergunning nodig. Op de website wordt verwezen naar organisaties die kunnen bemiddelen voor een huurder: Kamers met kansen, Hospi Housing (studenten) en takecarebnb (vluchtelingen). 

Kamers met Aandacht is een non-profit organisatie die woonruimte organiseert voor jongeren die nog onvoldoende vangnet, geld of praktische vaardigheden hebben om helemaal zelfstandig te wonen. Iedereen kan een Kamer met Aandacht bieden en zo een jongere op weg helpen naar zelfstandigheid. In Zuid-Holland doen al veel gemeenten mee aan dit initiatief: regio Alphen, Duin- en Bollenstreek, Haaglanden, regio Leiden en Zuid-Holland Zuid.

Hospi Housing is gericht op studenten. Mensen die een kamer over hebben, kunnen zich aanmelden voor verhuur aan een (internationale) student. 

Het initiatief Onder de Pannen van de Regenbooggroep heeft tot doel om huurders die wat meer financiële armslag of gezelschap kunnen gebruiken te koppelen aan economisch daklozen. Op de website is te vinden welke gemeenten meedoen. Onder andere de gemeenten AmsterdamZaanstad en Beverwijk werken hieraan mee en ook gemeenten in de provincies Noord-Brabant, Utrecht, Gelderland en Overijssel. Op dit moment nemen nog geen gemeenten uit de provincie Zuid-Holland deel. Het initiatief kan gemeenten ondersteunen om Onder de Pannen uit te rollen.